Energiebad voor bedrijventerreinverenigingen

Energiebad voor bedrijventerreinverenigingen

De (bestuurs)leden van de bedrijventerreinverenigingen uit Zuid-West-Vlaanderen werden op maandag 24 april ondergedompeld in een energiebad. Op de regionale infosessie energie en klimaat verduidelijkte Frederik Loeckx van Flux 50 de (on)mogelijkheden tot energiedelen. Michel Verschuere van Yuso gidste de aanwezigen doorheen de min- of meerkosten voor het capaciteitstarief en Ann Baert (e.ba) besprak de energie- en renovatieverplichtingen voor niet-residentiële gebouwen. Tenslotte gaf Kenneth Gevaert van Leiedal toelichting bij de samenwerkingsmogelijkheden van het regionaal klimaatfonds.

Contactgegevens: 

Carine Eeckhout, project- en parkmanager Leiedal
carine.eeckhout@leiedal.be
056 24 16 16

Bedrijvenzones Veurne via fietstracé verbonden

Bedrijvenzones Veurne via fietstracé verbonden

In Veurne is het nieuw fietstracé dat het stadcentrum met de bedrijvenzones verbindt, officieel ingereden. Daardoor worden bedrijven uit de verschillende bedrijvenzones vlot bereikbaar met de fiets vanuit zowel het stadscentrum als het station van Veurne. Bovendien zorgen trappen met fietsgoot voor een rechtstreekse toegang naar de bedrijfspercelen zodat de fietsende werknemers makkelijk en veilig het bedrijf kunnen bereiken. De betonnen afwateringsgoot is opgebouwd uit circulair beton waarbij gebruik gemaakt werd van gerecycleerde granulaten. Als kers op de taart werd het fietspad uitgerust met slimme volgverlichting.

Video: 

Duurzame energie voor bedrijventerreinen

23

Duurzame energie voor bedrijventerreinen

Er is een enorm potentieel voor de productie, opslag en het delen van meer duurzame energie op bedrijventerreinen. Tijdens dit gratis webinar maakt u kennis met een nuttig stappenplan om die duurzame energietransitie op bedrijventerreinen te faciliteren, aan de hand van concrete binnen- en buitenlandse cases. Bovendien krijgt u de primeur van de nieuwe webtool REACT, die u en uw bedrijventerreinvereniging helpt zoeken naar de meest geschikte energieoplossing voor de bedrijven op uw terrein.

Meer gedetailleerde info vindt u hier.

In samenwerking met WVILeiedal en UGent. Met de financiële steun van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, via Interreg 2 Seas. (BISEPS project)

Samen voor minder uitstoot. Eerste hernieuwbare energiegemeenschap voor bedrijven in Dendermonde.

Samen voor minder uitstoot. Eerste hernieuwbare energiegemeenschap voor bedrijven in Dendermonde.

Samen investeren in hernieuwbare energie en de verbruikspieken van individuele bedrijven gezamenlijk afvlakken: dat is de toekomst van het bedrijventerrein. Via het project Smart Energy Link bouwt o.a. de POM Oost-Vlaanderen mee aan deze toekomst. Op het bedrijventerrein Bosveld/Hoogveld in Dendermonde werd een regelluwe zone aangevraagd bij de Vlaamse overheid in afwachting van bijpassende regelgeving. LOViTAS BV, het vehikel achter de energiegemeenschap wil 58 miljoen euro investeren in hernieuwbare energie. Op drie jaar tijd wensen ze de CO2-uitstoot te reduceren met 6000 ton per jaar.

Contactgegevens: 

Pieter-Jan Van De Weghe, POM Oost-Vlaanderen
pieterjan.vandeweghe@pomov.be

Netwerkdag 'Energietransitie op bedrijventerreinen'

Netwerkdag 'Energietransitie op bedrijventerreinen'

Op woensdag 13 november 2019 organiseerde de POM Oost-Vlaanderen de netwerkdag 'Energietransitie op bedrijventerreinen' in opdracht van het Kennisnetwerk Bedrijventerreinmanagement. Hier kan u kort lezen waar we die dag de nadruk op legden:

We beleven een energierevolutie. Klimaateisen zetten het klassieke energiemodel op de helling en versterken de nood aan decentrale, hernieuwbare energieproductie. Ook onze industrie denkt mee aan die nieuwe toekomst. Op basis van de case op bedrijventerrein Terbekehof in Antwerpen (Wilrijk) stonden op de studiedag dan ook drie pertinente vragen centraal.

  1. Hoe kom je tot samenwerking met verschillende stakeholders?
  2. Welk model of structuur voldoet aan de uitdagingen?
  3. Hoe passen de financiële radertjes in elkaar?

Voor elk van bovenstaande vragen werd naar antwoorden gezocht onder leiding van drie experten. Het debat stond onder vakkundig toezicht van professor Vandendriessche.
Uit de case in Terbekehof blijkt dat een energieproject staat of valt met de aanwezigheid van enkele externe kapstokken. Een energieproject komt niet uit het luchtledige vallen, het knoopt aan op kansen en impulsen die zich voordoen. Concreet voor Terbekehof is dit ISVAG die restwarmte wil uitkoppelen om zijn bestaansrecht te garanderen in combinatie met de benodigde reconversie van de wegenis of riolering. Bovendien is het in grote mate afhankelijk van randfactoren: een actieve bedrijventerreinvereniging is cruciaal, maar ook reeds genomen beleidsbeslissingen spelen een grote rol.

  • Hoe kom je tot samenwerking met verschillende stakeholders?

Professor Joris Voets, verbonden aan de vakgroep bestuurskunde & publiek management van de  UGent en gespecialiseerd in governance netwerken stak van wal met het belang van sterke horizontale relaties.
Gelijkwaardigheid, stabiliteit en structuur zijn de Heilige Drievuldigheid binnen de theorie rond samenwerken. Het is daarbij belangrijk om pas tot samenwerking over te gaan als deze echt nodig blijkt. Ga enkel over tot het smeden van een netwerk wanneer ook waarde wordt gecreëerd op het niveau van dit netwerk. Het opbouwen en in stand houden van een netwerk vergt heel wat operationele complexiteit, overweeg naast samenwerken dus ook andere strategieën om je resultaat te behalen. Samenwerken is een middel en geen doel op zich. Werken aan een gedeelde ambitie is een continue opdracht, met onderweg heel wat lastige obstakels. Uit een interactieve bevraging tijdens de studiedag bleek het gebrek aan gedeelde ambitie samen met personele instabiliteit en schijnsamenwerking inderdaad het grootste probleem.  

  •  Welk model of structuur voldoet aan de uitdagingen?

Op de vraag welk model of structuur voldoet is geen eenduidig antwoord mogelijk. Het coöperatieve bestuursmodel dat voldoet aan de ICA-principes werd sterk verdedigd door Kris Moonen, werkzaam bij REScoop Vlaanderen. Burgers betrekken binnen energieprojecten zit duidelijk in de lift, mede omdat bedrijventerreinen steeds ingebed zijn in een breder geografisch gegeven. Een grondstroom van de bevolking wil de energietransitie zelf in de hand nemen. Bovendien kunnen energieprojecten zo als hefboom dienen om andere projecten met maatschappelijke baten uit te voeren. 

  • Hoe passen de financiële radertjes in elkaar?

Freddy Van Bogget, innovatiemanager bij KBC, bepleitte de intrede van andere spelers als Google of de bankenwereld binnen het gedistribueerd energiesysteem.
Zij zouden in de toekomst een sterke regierol opnemen, voortvloeiend uit onze evolutie naar een Energy Cloud of IoE (Internet of Energy). Het belang van “bankability”, of de bereidheid van financierders om een energieproject te financieren tegen een aanvaardbare interestvoet zal hierdoor enkel toenemen. Bankability staat in functie van het te dragen risico en de opgebouwde reputatie (technologie maturiteit en betrouwbaarheid). Een sterk businessplan brengt u vervolgens tot de sweet spot. Het investeren van eigen middelen en externe financiering vanuit de bankensector blijven voor toekomstige energieprojecten de makkelijkste financieringsvormen.

Contactgegevens: 

Heleen Veys, projectmanager BTM
heleen.veys@pomov.be

SEL - Smart Energy Link

SEL - Smart Energy Link

Smart Energy Link, of kortweg SEL is een project ondersteund door het Europese Interreg Vlaanderen-Nederland programma en aangestuurd door de verschillende provinciale ontwikkelingsmaatschappijen (POM) in Vlaanderen, de provincie Oost-Vlaanderen, de Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij (BOM) en de gemeenten Breda en Middelburg. Het SEL-project wil door het uitvoeren van verschillende cases een methodiek ontwikkelen voor het sturen van energiestromen in lokale smart grids. Aan de hand van de nieuwste technologieën worden energiestromen lokaal opgewekt, beheerd en bestuurd. Een Smart Grid is een elektriciteitssysteem dat de vraag naar elektriciteit beïnvloedt aan de hand van het aanbod op een bepaald moment. Elektriciteit wordt lokaal opgewekt en uitgewisseld of opgeslagen. Dit in tegenstelling tot het conventionele elektriciteitsnet dat vraaggestuurd en hiërarchisch werkt. Daarnaast kijkt Smart Energy Link ook hoe warmte onderling uitgewisseld kan worden. In tegenstelling tot de uitwisseling van duurzame stroom zijn er minder wettelijke barrières. Een leidraad met tips & tricks moet deze mogelijkheid voor bedrijven ook verder uitdiepen. Het project startte in 2017 en loopt tot 2022.

Wat zijn de speerpunten van Smart Energy Link?

Smart Energy Link legt de focus op vijf concrete doelstellingen:

1. Hernieuwbare energieproductie versneld realiseren

2. Energiestromen sturen in lokale smart grids

3. Het potentieel van energie hotspots benutten

4. Het optimale energiemodel opzetten

5. Door schaalgrootte geloofwaardigheid realiseren

Waar is Smart Energy Link actief?

Demonstratie van Smart Grid en implementatie van hernieuwbare energie is het efficiëntst op locaties waar het energieverbruik hoog is. Smart Energy Link loopt dan ook op tien zorgvuldig geselecteerde locaties in Vlaanderen en Nederland, waaronder negen bedrijventerreinen en één winkelcentrum.

Wat is de meerwaarde van Smart Energy Link?

Binnen SEL staat kennisdeling centraal. Met de verschillende partners op het terrein (gemeenten, bedrijvenverenigingen, andere overheidsinstellingen) ondersteunen we de bedrijven om de onderlinge energie-uitwisseling in goede banen te leiden. De verschillende cases/demonstraties moeten uiteindelijk leiden tot een leidraad, een handleiding met tips & tricks voor toekomstige Vlaamse en Nederlandse projecten.

SEL wil Vlaanderen en Nederland als voortrekkers lanceren in de sector van de energiedeling. Elk project heeft dan wel zijn eigenheid en is per definitie een vak- en maatwerk. Toch wil SEL inspireren en een boost geven door succes- en faalfactoren in kaart te brengen en een algemeen stappenplan uit te werken. Zowel op juridisch, technisch, politiek als organisatorisch vlak.

Naast projectspecifieke informatie is hier ook plaats voor bredere kennisuitdieping, met diepte interviews, experten bijdragen en veel meer.

Contactgegevens: 

Pieter-Jan Van De Weghe
pieterjan.vandeweghe@pomov.be

Netwerkdag 'energietransitie op bedrijventerreinen'

13

Netwerkdag 'energietransitie op bedrijventerreinen'

Een bedrijventerrein is de plek bij uitstek om in te zetten op collectieve productie en uitwisseling van energie. Op 13 november geven we een antwoord op drie centrale vragen rond energieprojecten: hoe kom je tot samenwerking met stakeholders, welk model of structuur voldoet aan de gestelde uitdagingen en hoe passen de financiële radars ineen? Aan de hand van een project in uitvoeringsfase toetsen we de theorie aan de praktijk en omgekeerd.

Ontdek hier de sprekers en schrijf in.

Contactgegevens: 

Een lagere energiefactuur voor uw KMO dankzij het project iSave

Een lagere energiefactuur voor uw KMO dankzij het project iSave

Het is een vaststaand feit: als we de klimaatdoelstellingen willen halen, moet onze CO2-uitstoot naar omlaag. Ook KMO’s erkennen stilaan de noodzaak om zuinig om te springen met energie. Dankzij een energieprestatiecontract (EPC) krijgt de KMO bij een energiebesparingsproject een garantie op het uiteindelijke energieverbruik en de kwaliteit van de geleverde producten.

Een energieprestatiecontract verschilt fundamenteel van een klassiek contract voor werken of diensten. Het geeft aan de klant een contractuele garantie over het energieverbruik, de ‘prestatiegarantie’. Bij een klassiek contract is er geen prestatiegarantie. Een installateur garandeert misschien wel de werking van een verlichtingsinstallatie, maar niet het energieverbruik dat ermee gepaard gaat of de kwaliteit van het geleverde licht. Dankzij het energieprestatiecontract wordt het uiteindelijke energieverbruik van de nieuwe verlichting én de kwaliteit van het geleverde licht gegarandeerd door de installateur.

In het iSave-project begeleidde IGEMO een groep van KMO’s die een samenwerking aangingen met een ESCO om zo energie te besparen in hun bedrijf.

Het doel van iSave was vooral de kennis over energieprestatiecontracten te verhogen, maar het project leidde ook tot concrete cases, zoals de case bij Maldoy. De zaakvoerder van Maldoy kon hierop het volgende aanvullen: “Door te werken met een energieprestatiecontract ben ik zeker dat ik krijg wat er beloofd wordt. Ook de kwaliteit wordt via dit contract gegarandeerd. Er werd een testopstelling geplaatst bij ons zodat we ook zeker weten dat de hoeveelheid licht en de kwaliteit voldoet aan onze verwachtingen. Deze investering zal ons een jaarlijkse besparing van 67% op het elektriciteitsverbruik van de verlichting opleveren.” Dit pilootproject kon op zijn beurt nog veel andere KMO’s inspireren.

iSave werd uitgevoerd door IGEMO, Factor4 en UNIZO provincie Antwerpen, met de steun van het Agentschap Innoveren & Ondernemen.

Contactgegevens: 

Anneleen Van Tendeloo, teammanager IGEMO
anneleen.vantendeloo@igemo.be

Naar een lagere CO2-uitstoot met Samen Klimaatactief

Naar een lagere CO2-uitstoot met Samen Klimaatactief

Samen Klimaatactief, een initiatief van Stad Antwerpen en de ondernemerswereld, is inmiddels in heel Vlaanderen actief. De stad wil met dit project de CO2-uitstoot door de lichte industrie en de tertiaire sector (kantoren, winkels, zorg) verminderen, zoals vastgelegd in het Burgemeestersconvenant. 

In opdracht van Stad  Antwerpen werd een website gebouwd met laagdrempelige energie-efficiëntiemaatregelen met daaraan een marktplaats gekoppeld. Op die gesloten en onafhankelijke marktplaats kunnen kantoren, winkels, zorg-  en lichte industrie hun interesse voor energiezuinige producten, diensten of projecten gratis melden. Die aanvragen worden meteen automatisch doorgestuurd naar aanbiedende ondernemingen, die zich bij Samen Klimaatactief als partner geregistreerd hebben en daardoor het platform ondersteunen.

Daarenboven krijgen de aanbiedende bedrijven ondersteuning en een volledig jaar visibiliteit op de website, sociale media, nieuwsbrief en events.

Steeds meer ondernemingen uit heel Vlaanderen maken hun aanvragen voor energie- en renovatieprojecten via dit platform kenbaar. Aan aanbiederszijde groeit het aantal partners ook gestaag. 

Diverse steden en andere overheden en organisaties hebben reeds formeel beslist om deel te nemen (o.a. Stad Gent, Provincie Antwerpen, Fevia, Horeca Vlaanderen, VVSG). Andere samenwerkingen zitten in de pijplijn. Via Samen Klimaatactief kunnen ze de lokale klimaatplannen omzetten in concrete acties voor de ondernemingen op hun grondgebied. 

Neem gerust een kijkje op de website van Samen Klimaatactief!

Wat is een eco-efficiënt bedrijventerrein?

Wat is een eco-efficiënt bedrijventerrein?

Een eco-efficiënt bedrijventerrein is een terrein waar via samenwerking tussen bedrijven onderling en met overheden veranderingen in bedrijfsprocessen en in de inrichting van het terrein gerealiseerd worden. Deze zijn gericht op het verbeteren van het (bedrijfs)economisch resultaat, de vermindering van de milieubelasting en het efficiënter gebruik van energie, water, materiaal en de ruimte.

Eco-efficiënte bedrijfsprocessen kunnen onder meer gerealiseerd worden via:

  • uitwisseling van energie, materiaal (grondstoffen/afval) en water
  • gezamenlijk gebruik van nutsvoorzieningen en bedrijfsfuncties
  • combinatie van vervoer van goederen en/of personen
  • gemeenschappelijke inzameling en afvoer van afvalstoffen
  • ...

Een eco-efficiënte terreininrichting kan voortvloeien uit:

  • intensiever gebruik van de ruimte
  • nutsvoorzieningen met een hoog rendement
  • multimodaal transport en/of hoogwaardig openbaar vervoer
  • gemeenschappelijke bedrijfsgerichte voorzieningen en diensten
  • ...

Een eco-efficiënt bedrijf is onderdeel van een eco-efficiënt bedrijventerrein en is een bedrijf dat minder energie, water en materiaal gebruikt om dezelfde hoeveelheid product te maken waardoor de kosten dalen en het bedrijf competitiever wordt. Zo'n bedrijf gaat m.a.w. op zoek naar winst voor het milieu (minder energie, minder water, minder materiaal) én naar winst voor het bedrijf (minder kosten en competitiever).