SOS Industriegebied. Bedrijventerreinen beter benutten.

SOS Industriegebied. Bedrijventerreinen beter benutten.

In maart 2020 publiceerde Voka een paper 'Ruimte' waarin een pleidooi gehouden wordt voor het beter benutten van bedrijventerreinen. Zowel de locatie, de inrichting als het beheer van de bedrijventerreinen zijn het onderwerp van deze paper. Opvallend zijn de talrijke mogelijkheden om de schaarse ruimte beter te beheren en opwaarderen dankzij samenwerking en daar sluit bedrijventerreinmanagement als van nature bij aan. Aan de hand van sterke voorbeelden uit Vlaanderen en het buitenland, van collectieve afvalinzameling en circulaire economie over energieopwekking en warmtenetten naar waterhuishouding, schetst deze paper een mooi beeld van hoe er meer kansen ontstaan door krachten te bundelen. Om deze collectieve uitdagingen aan te pakken breekt Voka een lans om ook in Vlaanderen voor bedrijveninvesteringszones (BIZ) te kiezen.

Contactgegevens: 

Steven Betz, senior adviseur milieu en ruimtelijke ordening Voka
steven.betz@voka.be

Samenwerking op bedrijventerreinen - Transportzone Meer

Samenwerking op bedrijventerreinen - Transportzone Meer

In de studie ‘Samenwerking op bedrijventerreinen’ ging de SERV op zoek naar inspirerende voorbeelden van duurzame samenwerking op bedrijventerreinen. Hier kan u een selectie uit het rapport lezen waarbij het bedrijventerrein Transportzone Meer in de provincie Antwerpen onder de loep genomen wordt.

Transportzone Meer vormt samen met Hazeldonk (Nederland) één bedrijvenzone met voornamelijk logistieke activiteiten. De bedrijventerreinvereniging Logistic Center Hazeldonk-Meer (LCHM) werd in 2007 opgericht en staat voor grensoverschrijdende samenwerking. Hazeldonk is in 2020 een bedrijveninvesteringszone (BIZ) geworden. Met projectsteun van de POM Antwerpen onderzoeken de bedrijventerreinvereniging en de stad Hoogstraten momenteel op welke manier een business improvement district (BID) gerealiseerd kan worden op de bedrijvenzone in Meer.

Een BID voorziet een duidelijk omschreven wettelijk kader voor samenwerking tussen het lokaal bestuur en de bedrijven en biedt opportuniteiten om samen met de bedrijven het bedrijventerrein aantrekkelijk te maken en te houden.

Contactgegevens: 

Marie-Cecile Roovers, parkmanager Logistic Center Hazeldonk-Meer
secretariaat@LCHM.eu
0031 065 - 161 77 01

Inge Van den Heuvel, projectmedewerker bedrijventerreinen stad Hoogstraten
inge.vandenheuvel@hoogstraten.be
03 340 19 09

 

 

Samenwerking op bedrijventerreinen - BIZ bedrijventerrein Breda-Oost 3B-O

Samenwerking op bedrijventerreinen - BIZ bedrijventerrein Breda-Oost 3B-O

In de studie ‘Samenwerking op bedrijventerreinen’ ging de SERV op zoek naar inspirerende voorbeelden van duurzame samenwerking op bedrijventerreinen. Hier kan u een selectie uit het rapport lezen waarbij het BIZ bedrijventerrein Breda-Oost 3B-O in Nederland onder de loep genomen wordt.

Contactgegevens: 

Laura Martin, parkmanager
l.martin@platformbvbreda.nl

Samenwerking op bedrijventerreinen

Samenwerking op bedrijventerreinen

Duurzaam bedrijventerreinmanagement kent tal van voordelen, waaronder het ontzorgen van de bedrijven en het aantrekkelijk maken van het bedrijventerrein. Dit onderzoek van de SERV zoomt in op inspirerende voorbeelden in Vlaanderen en de BedrijvenInvesteringsZones in Nederland.

Opzet van het onderzoek

Het onderzoek Samenwerking op bedrijventerreinen gaat na hoe duurzaam bedrijventerreinmanagement in de praktijk kan werken en brengt inspirerende voorbeelden in kaart. De bevindingen steunen op een literatuurstudie, op 24 voorbereidende gesprekken met experten en op 32 diepte-interviews in zes casestudies.
De voorbereidende gesprekken zijn gevoerd met experten van het Agentschap Innoveren & Ondernemen, de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappijen, de Vereniging voor Steden en Gemeenten, bedrijventerreinmanagers, gemeentebesturen en hun diensten economie, intergemeentelijke samenwerkingsverbanden voor streekontwikkeling, de mobiliteitsraad, sociale partners, studiediensten en universiteiten.

De zes cases zijn:

  • Cargovil
  • De Prijkels,
  • Grensland Menen-Wervik,
  • Houthalen-Helchteren Centrum Zuid,
  • Transportzone Meer (Meer/Hazeldonk).

Als buitenlands voorbeeld wordt een Nederlandse case met een BedrijvenInvesteringsZone (BIZ) in kaart gebracht, Breda Oost B3.

Antwoorden op de onderzoeksvragen

De SERV zocht naar de factoren die zorgen voor een goede samenwerking op bedrijventerreinen, rond welke thema’s de bedrijventerreinvereniging werkt, wat voor korte- dan wel langetermijnwerking kan zorgen, welke vorm van organisatie en financiering best werkt, wat de overheid kan doen om het bedrijventerreinmanagement te ondersteunen en wat van belangenorganisaties verwacht wordt.

Wat zijn de triggers en hefbomen?

De belangrijke triggers voor bedrijven om samen te werken zijn concrete problemen van bedrijven waarbij ze denken dat samenwerking een antwoord kan bieden. Het gaat bijvoorbeeld over veiligheid of de toegankelijkheid van een bedrijventerrein. Andere activiteiten groeien daaruit voort. De belangrijkste hefbomen zijn de geïnspireerde trekkers op het terrein: bedrijventerreinvereniging, voorzitter, raad van bestuur, bedrijventerreinmanager.
Bedrijven moeten het nut van samenwerking inzien, initiatieven groeien best bottom-up en voldoende draagvlak is belangrijk.
Projectsubsidies helpen om bedrijven te overtuigen om in een samenwerking te stappen. De participatie van lokale overheden heeft een grote potentiële meerwaarde, gaande van aanwezigheid op netwerkevents tot (financiële) ondersteuning van operationele activiteiten op het bedrijventerrein. Netwerking is de voedingsbodem voor vertrouwen en engagement van de bedrijven. Bij nieuwe terreinen of reconversies worden de kopers van de gronden meer en meer van bij het begin betrokken, wat de kans op slagen groter maakt. Soms wordt hiervoor met een bedrijventerreinpaspoort gewerkt.

Wat zijn de drempels?

Tijdsgebrek – zeker voor kmo’s – en samenwerking die te ver staat van de corebusiness zijn de belangrijkste drempels. Veel samenwerkingsprojecten zijn complex en hebben soms een lange procedure om tot resultaten te komen. Vooral voor kmo’s is gebrek aan vertrouwen een belangrijke factor, gekoppeld aan de veelal schaarse (financiële) middelen. Kmo’s willen zekerheid over hun investering.
Welke factoren zijn van belang rond welke thema’s?
Welslagen of mislukking van een samenwerking hangt niet af van het thema maar is afhankelijk van de overeenstemming tussen de ‘zorgen’ van de bedrijven en de kracht van ‘ontzorgen’ van de activiteiten rond het thema. De selectie van een werkthema moet aansluiten bij de behoeften van bedrijven, er moet voldoende kennis over en ontzorg-potentieel van het thema zijn en voor complexe thema’s moet gezocht worden naar het juiste – veelal hoger - niveau van oplossing.
Industriële symbiose is een specifieke samenwerking tussen een (beperkt) aantal bedrijven op het bedrijventerrein en is vaak moeilijk te realiseren, maar er zijn enkele stimulerende of ondersteunende elementen. Op nieuwe bedrijventerreinen en op reconversieterreinen kan men (meestal de ontwikkelaar) van bij de start bewust zoeken naar complementaire activiteiten. Een sterke motivator is het ‘ons kent ons’-gevoel dat netwerken en netwerkevents kunnen realiseren.

Wat zorgt voor samenwerking op korte termijn, wat voor duurzame samenwerking op lange termijn?

Samenwerking op korte en op lange termijn zijn complementair. Acute problemen vragen een aanpak op korte termijn, denk aan zwerfvuil. Dit kan de basis zijn om projecten op langere termijn of structurele samenwerking op te zetten. Voor samenwerking op lange(re) termijn is vertrouwen tussen de bedrijven nodig, (kennis)netwerking en gedragenheid van de thema’s. Dit onderzoek brengt verschillende soorten van netwerken en netwerking naar voor: het Kennisnetwerk Bedrijventerreinmanagement, de kennis- en relatienetwerken van betrokken externe actoren en intermediaire organisaties die participeren in de bedrijventerreinverenigingen én de kennis- en relatienetwerken van de actieve leden van de raad van bestuur van bedrijventerreinverenigingen. Elk van deze netwerken kan bijdragen aan meer langdurige engagementen.

Welke financieringsmodellen en organisatiestructuren geven een duurzaam bedrijventerreinmanagement de meeste kansen?

Het financieringsmodel van bedrijventerreinmanagement bevat meestal verschillende bronnen om de activiteiten en projecten te bekostigen. Ledenbijdragen zijn een belangrijk deel, aangevuld met eventueel opbrengsten uit groepsaankopen, evenementen en subsidies van verschillende overheden. Vrijwillige bijdragen genieten de voorkeur als iedereen wil bijdragen. Verplichte bijdragen zijn in Vlaanderen uitzonderlijk en kunnen enkel wanneer ze vastgelegd zijn in het verkoops- of beheerscontract. Verplichte bijdragen kunnen enkel als de terugverdieneffecten duidelijk zijn. Subsidies van overheden zijn best vraaggericht maar mogen op sommige thema’s of doelstellingen ook sturend zijn. Eigen inkomsten kunnen enkel aanvullend zijn. Bedrijventerreinverenigingen kiezen meestal voor een juridisch statuut van vzw en bouwen een breed netwerk op vanuit de raad van bestuur en/of rond de bedrijventerreinmanager. Netwerking is de bakermat van alle samenwerking.

In welke mate beïnvloeden de diverse overheidsdiensten de samenwerking op de bedrijventerreinen en wat kunnen ze doen om duurzame samenwerking op bedrijventerreinen te ondersteunen?

Uit dit onderzoek blijkt waardering voor de ondersteuning door de overheden, aangevuld met enkele duidelijke vragen en verwachtingen:

  • afgebakende bevoegdheden voor overheden,
  • transparante regelgeving,
  • ondersteuning van bedrijventerreinmanagementstructuren,
  • informatie en sensibilisering,
  • structurele financiële ondersteuning,
  • subsidies.

Sommige aspecten zijn al gedeeltelijk gerealiseerd maar de meeste ervan staan nog in de kinderschoenen. Het onderzoek bespreekt ook een BIZ-bedrijventerrein in Nederland. In dit model heeft de lokale overheid een bijzondere rol.

Wat kunnen andere partners doen om duurzame samenwerking op bedrijventerreinen te ondersteunen?

Belangenorganisaties zijn vooral indirect aanwezig of steunend door belangenverdediging van bedrijventerreinen en het opzetten of ondersteunen van netwerking. Deze twee rollen worden zeer gewaardeerd en gevraagd door de betrokkenen op de bedrijventerreinen .

Contactgegevens: 

Gert Verdonck
linkedin.com

Robuuste ruimte voor water en energie – Conceptstudie duurzame herinrichting bedrijvenzone Albertkanaal

Robuuste ruimte voor water en energie – Conceptstudie duurzame herinrichting bedrijvenzone Albertkanaal

In opdracht van de stad Antwerpen, gemeenten Schoten en Wijnegem en met de steun van het Agentschap Innoveren & Ondernemen heeft het team POSAD-ARCADIS-3E-One Architecture uitgebreid onderzoek gedaan naar de mogelijkheden om tot een duurzame herinrichting van de bedrijvenzone Albertkanaal te komen. Er is niet alleen breed gekeken naar mogelijke projecten in het gebied, maar er zijn ook een aantal concrete projectplannen uitgewerkt voor implementatie van duurzame maatregelen in het projectgebied. Tevens is er in het kader van een bredere visie op de duurzame toekomst van de bedrijvenzone Albertkanaal gekeken naar het bestendigen van duurzame netwerken. Hierbij zijn de mogelijkheden onderzocht voor opschaling en replicatie van beloftevolle concepten.

Dit onderzoek kent een deel waarin met betrokken stakeholders is gewerkt rond uitvoerbare acties en een bredere visie op de duurzame bedrijvenzone Albertkanaal. De studie past ook in de ambitie voor doorgedreven en consequente integratie van klimaataspecten in het ruimtelijk beleid, zoals omschreven in het Klimaatplan Antwerpen. De onderzoeksopdracht heeft de doelstelling om concreet uitvoerbare projectplannen uit te werken binnen het kader van een bredere visie. Om tot ontrafeling van potentiële projecten voor verbetering in de verduurzaming van de bedrijvenzone te komen is een methodiek ontwikkeld die uitgaat van de vier grootheden welke de balans bepalen in de verduurzaming van het gebied: watervraag, waterovervloed, energievraag en energie-aanbod. Uit een groter aantal van potentiële projecten zijn vier concepten voor verduurzaming van de bedrijvenzone verder uitgewerkt in plannen van aanpak met sluitende businesscases.

Het rapport presenteert de resultaten van een onderzoek dat deze opdracht in de volle breedte heeft benaderd. De studie laat zien waar de mogelijkheden liggen voor verduurzaming van het gebied, maar maakt ook inzichtelijk welke hindernissen dienen genomen te worden om tot een succesvolle transformatie van het gebied te komen en wat hierbij de rolverdeling kan zijn tussen bedrijfsleven en overheid.

Contactgegevens: 

Sam Verbelen, consulent techniek stad Antwerpen
Sam.Verbelen@stad.Antwerpen.be
03 338 51 01