Nieuwe spelregels voor vzw’s
Omdat de vzw de meest voor de hand liggende verenigingsvorm van een bedrijventerreinvereniging is, melden we u graag dat het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV) op 1 mei 2019 in werking trad. De oude vzw-wet van 1921 vervalt en wordt gedeeltelijk geïncorporeerd in het WVV. Daarnaast zijn er een aantal nieuwe wettelijke regels van toepassing op vzw’s, verspreid opgenomen in het WVV.
Een aantal wijzigingen is van procedurele aard. Zo kan bijvoorbeeld een vzw oprichten voortaan met 2 personen, kunnen de Algemene Vergadering en het bestuursorgaan evenveel leden tellen, bedraagt de oproepingstermijn voor de algemene vergadering voortaan 15 dagen en zijn er een aantal nieuwe openbaarmakingsformaliteiten. Er zijn ook nieuwe regels met betrekking tot bestuurdersaansprakelijkheid en de vertegenwoordiging van de vzw naar derden.
Er wordt een nieuwe typologie voor vzw’s ingevoerd op basis van aantal werknemers, jaaromzet en balanstotaal, die relevant is voor het soort boekhouding dat men moet voeren. De wet stelt expliciet dat een vzw rechtstreeks noch onrechtstreeks enig vermogensvoordeel mag uitkeren of bezorgen aan de oprichters, leden, bestuurders of enige andere persoon behalve voor het in de statuten bepaald belangeloos doel. Kortom: winst mag, winstuitkering of vermogensvoordeel niet.
Voor nieuwe vzw’s trad het wetboek op 1 mei 2019 in werking. Voor bestaande vzw’s werd de wet van toepassing vanaf 1 januari 2020 voor wat de regels van dwingend recht betreft (waaronder bestuurdersaansprakelijkheid). Statuten van bestaande vzw’s moeten uiterlijk op 1 januari 2024 in regel zijn met de nieuwe wetgeving.
Voor een goed overzicht van de huidige regels verwijzen we naar de gecoördineerde vzw-wetgeving van het Vlaams Studie- en Documentatiecentrum voor vzw's (VSDC) via deze link.